Gemeenten hebben een cruciale rol in de energietransitie.
Nieuwe energievoorzieningen gaan de fysieke leefomgeving significant veranderen. Door de overstap naar duurzame energiebronnen wordt energie meer lokaal opgewekt, geleverd en opgeslagen. Dit betekent dat zonnepanelen, windmolens en isolatiemaatregelen lokaal moeten worden ingepast. De ruimtelijke impact van maatregelen gaat daarbij vaak verder dan de ingreep op zichzelf. Bij een laagtemperatuur- warmtenet bijvoorbeeld, wordt er niet alleen nieuwe infrastructuur in de grond gelegd, maar moeten woningen ook worden geïsoleerd voordat ze kunnen worden aangesloten.
Eén van de doelen van de Omgevingswet is dat gemeenten meer regie krijgen bij de energietransitie. Deze transitie is een van de grote, strategische opgaven voor een toekomstbestendig Nederland.
Op het platform ‘Omgevingswet en de energietransitie’ geeft Stroomversnelling informatie over wat er met de Omgevingswet verandert. U vindt voorbeelden van wat er in diverse gemeenten al gebeurt én vier tips voor gemeenten om in 2020 klaar te staan voor de nieuwe Omgevingswet in de praktijk.
Tip 1: Bepaal samen met de netbeheerder wanneer het aardgasnetwerk niet meer wordt vervangen en breng de duurzame alternatieven in kaart
In veel wijken is het aardgasnetwerk aan vervanging toe. Om te bepalen of het netwerk wel of niet vervangen wordt, is het belangrijk dat de gemeente op tijd om tafel gaat met de netbeheerder. Daarnaast zijn de mogelijkheden voor alternatieve energievoorzieningen sterk regio-afhankelijk. De drie belangrijkste oplossingen zijn groen gas, een duurzame warmtebron en ‘all-electric’. Bij elke variant hoort een andere infrastructuur. Welke oplossing het meest geschikt is, hangt af van de lokale situatie.
Tip 2: Gebruik ruimtelijke ordening om vraag en aanbod in balans te brengen
Duurzame energiebronnen wekken niet altijd energie op als er vraag naar is. Ook is er soms verlies van energie. Om dit op te lossen, moeten vraag en aanbod van energie meer met elkaar in balans worden gebracht. Dit kan met slimme software, maar er is ook een ruimtelijke component. Waar staan gebouwen die een energievraag hebben? Waar wordt energie opgewekt, waar wordt het opgeslagen en hoe vindt het transport plaats? Via het omgevingsbeleid kan in het ruimtelijke domein rekening worden gehouden met vraag en aanbod van energie.
Tip 3: Creëer ruimte in het omgevingsplan voor duurzame maatregelen
Nieuwe energievoorzieningen gaan de fysieke leefomgeving significant veranderen. Door de overstap naar duurzame energiebronnen wordt energie meer lokaal opgewekt, geleverd en opgeslagen. Dit betekent dat zonnepanelen, windmolens en isolatiemaatregelen lokaal moeten worden ingepast. Gemeenten willen de opwek, opslag en uitwisseling van duurzame energie zo goed mogelijk faciliteren. Om knelpunten in het omgevingsbeleid te voorkomen, kan de gemeente rekening houden met de impact van de energietransitie en hierop anticiperen.
Tip 4: Stimuleer gebieds- en wijkgerichte samenwerkingsverbanden
De energietransitie heeft impact op iedereen. Het is daarom van cruciaal belang om inwoners op tijd te betrekken en voor te bereiden en wat er gaat gebeuren. Door wijk- of gebiedsgerichte samenwerkingsverbanden te stimuleren, krijgen inwoners een rol bij de keuze voor een nieuw energiesysteem in hun gebied. Dit kan zelfs uitgroeien tot initiatieven die het heft in eigen hand nemen door collectief duurzame energiemaatregelen in te kopen. Ook kunnen zij het best andere bewoners enthousiast maken voor de energietransitie.
Dit is een samenvatting naar aanleiding van de brochure en het online platform ‘Omgevingswet en de energietransitie’ van Stroomversnelling via stroomversnelling.nl/omgevingswet.
De Omgevingswet heeft als doel het omgevingsrecht eenvoudiger te maken en bevat wetten met uitvoeringsregels. De Omgevingswet is nog in voorbereiding, maar de hoofdlijnen liggen vast.
Een nieuwe locatie voor duurzaam technologiebedrijf Ecovat. Het hoofdkantoor is officieel gevestigd in de Poort van Veghel. Het is een belangrijke stap in de groeistrategie van het bedrijf, dat onlangs ook al een nieuwe productielocatie opende voor haar energieopslagsystemen.
“We groeien uit onze voegen”, vertelt Aris de Groot, Managing Director en eigenaar van Ecovat. “We werkten al met extra flexplekken in overlegruimtes, maar ons kantoor in Uden werd nu toch echt te klein.”
Over drie jaar wil De Groot een leidende rol in Europa in thermische energieopslag. Het team van Ecovat betrekt daarom de hele zesde verdieping van Toren I, het pand direct aan de A50. “Het kantoor heeft een grote open ruimte voor engineers, gesloten overlegruimtes en flexplekken. En er is nog ruimte voor uitbreiding. Dat komt goed uit, want we zijn op zoek naar nieuw talent.”
Veghel heeft een centrale ligging in Noordoost-Brabant en is dichtbij Eindhoven, ’s-Hertogenbosch en Nijmegen. De bereikbaarheid met het openbaar vervoer en de aansluiting naar Eindhoven is ideaal. Ook is op de Poort van Veghel volop parkeergelegenheid.
Mocht u ons kantoor willen bezichtigen of nadere informatie wensen m.b.t. het Ecovat dan zijn wij vanzelfsprekend voor u bereikbaar. Kijk op onze website voor al onze contactgegevens.
Ons nieuwe kantooradres van Ecovat is Poort van Veghel 4946, 5466 SB Veghel.