De opwek van zonne-energie in Nederland is in 2022 fors gegroeid. Van het totale elektriciteitsgebruik werd vorig jaar 14,8% opgewekt met zonne-energie. Het grootste deel van de groei kwam door huishoudens en kleine bedrijven die zonnepanelen plaatsen. Dit blijkt uit de Monitor Zon-PV 2023 van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), die de monitor jaarlijks uitbrengt.
Het totale vermogen van zonne-energie-installaties in Nederland is in 2022 met 4,2 GWp (gigawattpiek) gegroeid tot 19,1 GWp. Vergeleken met 2021 is dat een stijging van bijna 30%. In 2022 groeide vooral het aantal kleinere zonne-energieprojecten fors, met meer dan 50%. De hoge energieprijzen waren een belangrijke prikkel om te investeren in energiebesparende maatregelen en eigen opwek van zonne-energie.
Steeds meer woningen beschikken over zonnepanelen. Van het totale huishoudelijke elektriciteitsgebruik werd in 2022 31% opgewekt door zonne-energie op woningen. In 2020 was dat nog maar 17% (2021: 21%) . Volgens het CBS staan er meer dan twee miljoen zonnestroominstallaties op woningen in Nederland.
In 2022 kwam 41% van het totale elektriciteitsverbruik in Nederland uit duurzame bronnen zoals wind op land, wind op zee, biomassa en zon (de overige 59% is afkomstig van niet hernieuwbare bronnen). Van het totale elektriciteitsgebruik in Nederland werd 14,8% opgewekt met zonne-energie, zo blijkt uit de Monitor. Zonne-energie heeft - na windenergie- het grootste aandeel in hernieuwbare elektriciteit.
Huishoudens en kleine bedrijven met zonnepanelen zorgden voor een groot aandeel (2,1 GWp) van de groei. Maar ook ondernemers die gebruikmaakten van de subsidieregeling Stimulering Duurzame Energieproductie en Klimaattransitie (SDE++) voor grootschalige zonne-energie-installaties droegen bij. 85% van de grootschalige installaties (met een vermogen meer dan 15 kWp) kwam tot stand met gebruik van die subsidie. Dit is 43% van al het vermogen van zonne-energie-installaties dat in 2022 in Nederland werd gerealiseerd. De jaarlijkse groei van het totale vermogen van de installaties met gebruik van de SDE++-subsidie (1,8 GWp), is wel 0,2 GWp minder dan in 2021. De groei van het vermogen van grootschalige installaties zonder SDE++-subsidie is beperkt (0,3 GWp).
Vooral de kleinere zonne-energieprojecten zijn verantwoordelijk voor de groei van de opwek van zonne-energie. Het gaat hier om huishoudens en kleine bedrijven die zonnepanelen plaatsen en gebruikmaken van de salderingsregeling. Hierbij leveren zij zelfgeproduceerde elektriciteit, die niet zelf wordt gebruikt, terug aan het net. De energieleverancier trekt de elektriciteit die aan het net is geleverd af van de hoeveelheid geleverde elektriciteit. Daardoor daalt de energierekening. Het kabinet wil de salderingsregeling vanaf 2025 tot 2031 afbouwen. De Eerste Kamer moet hierover nog beslissen.
De verwachting is dat eind 2023 het vermogen van zonne-energie-installaties verder groeit naar 23,3 GWp. Uiteindelijk kan de groei van zonne-energie doorgroeien naar 30,6 GWp in 2025. Er is vooral grote potentie voor nieuwe zonneprojecten op daken, zo blijkt uit de Monitor. Ongeveer 8% van het oppervlak van alle daken en parkeerplaatsen is zonder aanpassingen geschikt voor zonnepanelen. Daken en parkeerplaatsen in de schaduw en aan de noordzijde zijn daarbij niet meegerekend. Dat komt neer op zo’n 58 km2 die direct kan worden gebruikt, goed door ongeveer 13 GWp aan extra zonne-energievermogen in de komende jaren. Nog eens 348 km2 aan daken en parkeerplaatsen kan met enige aanpassing geschikt worden gemaakt om panelen te plaatsen.
Met de huidige groei van zonne-energie behoort Nederland in Europa tot de kopgroep. Sinds 2019 is de Nederlandse zonnestroomproductie meer dan verdrievoudigd. Per hoofd van de bevolking heeft Nederland van alle Europese landen het hoogste opgestelde vermogen. Nederland staat in de top vijf van landen met de hoogste zonnestroomproductie in Europa (bron CBS).
De ambitie van het kabinet is een 55% reductie van broeikasgassen in 2030. Om dat te behalen richt het beleid zich op een hogere opgave die neerkomt op circa 60% in 2030. Zonne-energie levert een belangrijke bijdrage aan het realiseren van deze reductie. In 2022 bedroeg de vermeden CO2-emissie door het gebruik van zonne-energie 8.553 kton (ofwel: meer dan 8,5 miljard kilogram), 6,59% van de totale CO2-emissie (bron CBS).
Steeds meer gebieden hebben te maken met overbelasting van het elektriciteitsnet (netcongestie). Netbeheerders investeren jaarlijks 4 miljard euro om het net te verzwaren en uit te breiden. Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat werkt via het Landelijk Actieprogramma Netcongestie nauw samen met netbeheerders, medeoverheden en kennisinstellingen om dit probleem aan te pakken.