Op een prachtige plek aan de rand van Delden, met uitzicht op de Deldener Es en de groene weilanden ligt het nieuwe IKC Magenta, een volledig biobased gebouw: “We wilden dat het een mooi gebouw zou worden, die ook bij deze plek zou passen. Het moest duurzaam zijn en educatiewaarde hebben. Dat is gelukt!”
Het Integraal Kindcentrum Magenta is bekroond met de publieksprijs van de Duurzaam Bouwen Awards 2020. De prijs is uitgereikt tijdens het Duurzaam Bouwen congres in Assen. Een prachtige prestatie en dat komt terug in de positieve reacties van de gebruikers en de betrokken partijen in het ontwerp- en bouwproces. Directeur Mariël van Loenen wordt daarbij bijgestaan door architect Mathijs Tabbers van RoosRos Architecten en sales manager Victor Mulder van Forbo Flooring: “De gemeente Hof van Twente heeft rond 2012 een scholenvisie ontwikkeld, die voorzag in het fuseren van scholen om de krimp een plek te geven. Wij hebben dat met drie scholen proactief opgepakt, zijn gefuseerd tot een school voor 250 leerlingen en mochten op deze plek bouwen, waar eerder één van de scholen was gesloopt. IKC Magenta is een gebouw in één laag geworden met de uitstraling van een paviljoen. Het trekt je aandacht, maar misstaat niet.” Mathijs vult aan: “Het is een groot gebouw, maar door de verspringing lijkt het kleinschalig en dat wordt versterkt doordat het gebouw wat verder van de weg ligt. De overstekken maken het ontwerp speelser en zorgen er ook voor dat je minder directe zoninval hebt. Dat maakt ook dat het een goed binnenklimaat heeft.” Victor knikt: “Schone en gezonde ruimtes zijn cruciaal in het onderwijs. Forbo biedt gezonde en duurzame vloeren met de juiste eigenschappen en sfeer. Meer dan 90% van onze vloeren ontwerpen en produceren wij in Nederland. En daar zijn wij trots op! Wij zorgen voor een gezonde ruimte binnen en werken tegelijk aan een duurzame wereld buiten.”
Mariël: “De gemeente had een duurzaamheidsambitie en wilde de meest duurzame IKC van Europa realiseren. Dat heeft tot een innovatief partnerschap geleid, waarbij we samen met de architect, bouwer en installateur aan de school hebben gewerkt.” Mathijs: “Het was een gaaf proces, omdat er zoveel kon; anders dan bij een traditionele architectenselectie is het consortium hier op basis van visie geselecteerd. Er lag een programma van eisen, maar het ontwerp is al pratend met schetsen ontworpen. De school zat rechtstreeks met de aannemer en installateur aan tafel, waardoor je elkaars belangen goed kon wegen. We hebben vanuit een total cost of ownership (tco) gewerkt. Dat kon omdat de budgetten naar voren werden gehaald, waardoor het nadenken over het onderhoud en de installaties steeds onderdeel van de afwegingen waren. Het consortium blijft bovendien nog eens twintig jaar verantwoordelijk voor het onderhoud, dus had ook een belang om een duurzaam gebouw te maken. En er was door de gemeente een extra innovatiebudget beschikbaar gesteld.” Mariël geeft een voorbeeld: “Wij hebben aangegeven waar de kantoren het beste konden liggen en dat het handiger was om de toiletgroepen te centreren. En toen de installateur op elke hoek een datapunt wilde leggen hebben we aangegeven dat dat niet nodig was; we werken voor 90% met wifi. Zo hebben we ook samen bepaald waar de aansluitingen voor het licht moesten komen.” Mathijs: “Het is ook een logisch gebouw geworden; je komt via de entree in de centrale hal die weer aan het speellokaal ligt. De centrale hal is zes meter hoger en hebben we iets teruggelegd, waardoor je die hoogte niet ervaart wanneer je het gebouw ziet liggen. In het verhoogde deel zorgen ramen voor een prachtige lichtinval. Vanuit het consortium heeft de installatieadviseur berekend dat de extra bouwkosten van de verhoogde hal uiteindelijk weer wordt terugverdiend door de reductie van kunstlicht.”
Het hele gebouw ademt dezelfde sfeer uit van natuurlijke materialen, waarbij hout de boventoon voert. Zo ook de vloer. Victor: “In eerste instantie kozen we voor de Impressa van Forbo Flooring als vloerafwerking, maar die kon helaas door de Coronaperikelen niet op tijd geleverd worden. Impressa is een strokenmateriaal, dat uit 85% hernieuwbare natuurlijke grondstoffen, lijnolie, houtmeel, hars, kalksteen en biologisch afbreekbare pigmenten, is geproduceerd op een drager van polyester. Dat laatste heeft te maken met de dimensiestabiliteit van het product. Impressa leveren we op stroken met een formaat van 25*100 cm en bevat naast genoemde grondstoffen dus absoluut géén PVC, weekmakers, synthetische rubbers en andere kunststoffen. Duurzamer kan eigenlijk niet. De uiteindelijke keuze is op Allura gevallen en dat is weer de meest duurzame keuze uit het spectrum van LVT-producten. Wij noemen het de Luxury Vinyl Tiles; in de volksmond een pvc vloer. De wens was om een houtlookvloer te installeren die door het hele gebouw zou lopen, zonder onderbrekingen. Het is een Allura LVT vloer geworden die flexibel en zeer duurzaam is, ook omdat hij hier dichtbij vandaan uit onze fabriek in Coevorden komt; dus weinig transportkosten en CO2-uitstoot. Al onze vloerbedekkingsproducten hoeven gemiddeld slechts een afstand van 69 kilometer te overbruggen om van onze Nederlandse fabrieken bij de klant te komen. Dat is ook duurzaam. In onze fabriek verwerken we ook de zogenaamde groene stroom, waarbij we snijrestanten recyclen en hergebruiken. Duurzaamheid is onderdeel van onze visie.” Mariël: “Dat vonden we belangrijk. Daarnaast wilden we geen steriele strakke vloer, maar een vloer met een warme en huiselijke uitstraling. Daar past deze goed bij. En je haalt er een wisser over en hij is weer schoon. Alles versterkt elkaar; de vloer, de inrichting en de goede akoestiek.” Victor knikt: “Het is echt als een totaalproject ontworpen. En door de tekening in het houtdesign zie je ook geen verstoringen, als ze er al zouden zijn. Het blijft dus door de jaren heen een hele mooie vloer.”
Mariël over het gebouw: “Het is een simpele plattegrond waarbij je linksom via de ruimten voor de kinderopvang naar de onderbouw en zo verder naar de midden- en bovenbouw loopt. Aan de achterkant aan het plein ligt een secundaire entree voor de bovenbouw. Elke bouw heeft eigen lokalen die aan een leerplein liggen, waarbij alles open kan. Alle lokalen hebben binnendeuren en buitendeuren, waardoor kinderen ook buiten op tuinbanken kunnen werken. Het werkt naar binnen en buiten als een verlengde van je eigen lokaal. Dat past in onze visie, waarbij kinderen vrij zijn om binnen de afspraken zelf te bepalen waar ze leren en daarmee verantwoordelijkheid nemen. Ook de inrichting ligt in die lijn, waarbij alle meubilair flexibel en makkelijk verplaatsbaar is en de vloer meedoet in de totaalbeleving.”
“Het is een adaptief gebouw dat mee kan groeien met ontwikkelingen. Het is gebouwd voor een visie die verder ligt dan we nu al hebben”
Mariël: “Voordat het consortium werd geselecteerd heeft de gemeente een innovatiebijeenkomst georganiseerd waarbij bedrijven zich konden presenteren. Jeans on the Wall en SoundEnergy hadden innovatieve en vooral duurzame concepten en zijn meegenomen in het bouwproces.” Mathijs knikt: “SoundEnergy had veel voeten in de aarde, omdat de initiële kosten hoog zijn en het daardoor lastig is om het marktconform rendabel te maken. Het principe is dat het gebouw wordt verwarmd en gekoeld met geluidsgolven. Dat is uniek in de wereld. En Jeans on the Wall recyclet gebruikte spijkerbroeken tot akoestisch materiaal.” Mariël knikt: “We hebben alle ouders gevraagd om de oude spijkerbroeken van hun kinderen in te leveren, die zijn in het gebouw verwerkt.” Mathijs: “Het gebouw voldoet aan Frisse Scholen klasse A en (deels) B en heeft een gemiddelde GPR-score van 9,16. Daarnaast is het opgebouwd uit zoveel mogelijk circulaire en biologische materialen. Denk aan verduurzaamde houten gevels, pavatex biobased isolatiemateriaal, houten vliesgevels, wanden die zijn afgewerkt met hergebruikt textiel en biobased vinylvloeren. Om er voor te zorgen dat het gebouw in de toekomst een oogstlocatie wordt voor nieuwe circulaire gebouwen, hebben we het kindcentrum zoveel mogelijk losmaakbaar gedetailleerd. Dat komt naar voren in het scheiden van constructie, gevel en inbouwpakket. Zo bestaat de gevel uit prefab HSB-elementen die vanuit de fabriek zo aan de constructie zijn bevestigd. We hebben voor hout gekozen dat redelijk lokaal geproduceerd is, in dit geval Duitsland. Het hout is voorvergrijsd om de verkleuring die na verloop van tijd optreedt alvast op te vangen.”
Binnen IKC Magenta werken onderwijs en kinderopvang nauw samen. Mariël: “Daarnaast huren het consultatiebureau, de fysio, logopedie en het regionaal instituut hier ruimte en maakt de muziekschool ook gebruik van het gebouw. We vinden het belangrijk dat kinderen ontmoeten, ontwikkelen en leren samenwerken. Dan gaan ze vanzelf dingen ontdekken en wordt hun intrinsieke motivatie geprikkeld. Door de openheid in en rond het gebouw kunnen kinderen hun talenten leren ontdekken en hetzelfde geldt ook voor onze leerkrachten en ouders, die bijvoorbeeld actief meewerken in de moestuin. Het schoolplein is samen met de leerlingen en architect bedacht en heel natuurlijk ingericht. Dat maakt een totaalbeeld waar we onze visie de groene droom maximaal in kwijt kunnen. Het onderwijs is nu nog veelal leerkracht gestuurd, maar ik zie dat het omslaat. De leerling bepaalt het moment en de werkvorm en de leerkracht wordt meer coach. Voordeel van deze plek is ook dat we naast de sporthal en het Twickel College liggen, waar we inhoudelijk mee samenwerken. Zo denken we eraan om in de toekomst een klas voor 10-14-jarigen in te richten. Eigenlijk is het hele gebouw één doorlopende leer- en ontwikkellijn. Het is een adaptief gebouw dat mee kan groeien met ontwikkelingen. Het is gebouwd voor een visie die verder ligt dan we nu al hebben.”
Foto credits: Michael van Oosten